Overslaan en naar de inhoud gaan

Goede verlichting voor mensen met slechtziendheid

Goede verlichting is erg belangrijk voor mensen met een visuele beperking. Hoe beter de verlichting aansluit bij hun lichtbehoefte, hoe groter hun zelfstandigheid en mobiliteit. In dit artikel vind je informatie over basisverlichting, taakverlichting en sfeerverlichting.

Basisverlichting

Basisverlichting gaat over de algemene verlichting; dat is het licht waarmee we een hele ruimte verlichten. Het doel ervan is dat grove voorwerpen zoals meubels, goed zichtbaar zijn. Mensen met een visuele beperking kunnen die objecten dan goed ontwijken en zich goed door de ruimte bewegen.

Verlichtingssterkte

Verlichtingssterkte drukken we uit in lux. Iemand met een goed zicht functioneert meestal prima bij een lichtsterkte van 100 tot 200 lux. Hoe ouder mensen worden, hoe groter de behoefte aan een hogere lichtsterkte. Er bestaan wettelijke normen voor de waarde van de verlichtingssterkte in bijvoorbeeld school- en werksituaties.

Voor mensen met een visuele beperking is de verlichtingsbehoefte afhankelijk van hun oogaandoening en hun eigen beleving. In veel gevallen is de verlichtingsbehoefte veel hoger dan 200 lux. De verlichtingssterkte die nodig is voor een optimale visuele prestatie, kan soms wel rond de 3000 lux liggen. Maar het komt ook voor dat de visuele prestatie juist optimaal is bij minder dan 200 lux. De verlichtingssterkte voor een optimale visuele prestatie kan worden vastgelegd in een visueel functie onderzoek en in een lichtlabonderzoek.

Gelijkmatige verdeling

Een ruimte heeft een optimale algemene verlichting als de verlichtingssterkte over de hele ruimte gelijkmatig is verdeeld. Er mogen geen grote verschillen in verlichtingssterkte optreden. Ook voor de gelijkmatigheid in bijvoorbeeld school- en werksituaties bestaan wettelijke normen. 

Dimbaar licht

De verlichtingsbehoefte is afhankelijk van de activiteit die er plaatsvindt. En in een woonsituatie moet daarbij rekening worden gehouden met meerdere huisgenoten. Daarom is het belangrijk dat algemene verlichting dimbaar is op plekken waar dat mogelijk is. Het kunnen dimmen van licht is ook noodzakelijk als iemand na een bepaalde tijd overgevoelig wordt voor te veel licht. 

Hinder van hoge luminantie

Veel mensen ondervinden in een bepaalde mate hinder van hoge luminanties (helderheden), van daglicht of van direct zonlicht.

Hoge luminanties kunnen ook veroorzaakt worden door licht dat weerkaatst op voorwerpen. Lichte voorwerpen en oppervlakken weerkaatsen meer licht dan donkere oppervlakken. Glanzende oppervlakken reflecteren meer licht dan matte oppervlaken. Een wit glanzend voorwerp of oppervlak kan in sommige omstandigheden dus verblindend werken als het licht weerkaatst wordt en het hinderlijk in de ogen valt.

Afgedekt licht

Lichthinder of verblinding vindt ook vaak plaats als het licht direct vanuit de lichtbron in de ogen schijnt. Dit gebeurt als een lamp niet goed is afgeschermd of als de afscherming nog teveel licht doorlaat. Een goede afscherming draagt bij aan een optimale algemene verlichting. 

Kleurtemperatuur meestal subjectief

De kleurtemperatuur van het licht heeft effect op de sfeer en de lichtbeleving. Dit effect is in sommige gevallen afhankelijk van de visuele beperking, maar lijkt meestal subjectief.

Taakverlichting

Taakverlichting is het licht dat nodig is bij het uitvoeren van een specifieke activiteit. Het is daarbij vaak nodig om details te kunnen onderscheiden.

Een taak met fijne details vereist meer licht. Lezen is bijvoorbeeld een activiteit waar veel mensen extra verlichting bij gebruiken. Extra taakverlichting verbetert vaak de contrastgevoeligheid waardoor het contrast van achtergrond (het papier) en voorgrond (de letters) effectiever gebruikt kan worden. 

Voorwaarden voor goede taakverlichting

Taakverlichting is goed als het licht:

  • direct is
  • goed gericht kan worden*
  • op korte afstand van de taak gebracht kan worden*
  • zo min mogelijk warmte afgeeft (omdat de lichtbron dicht op de taak gebruikt wordt en dus vaak dicht bij het oog, is een gloeilamp of halogeenlamp af te raden)
  • gelijkmatig verdeeld is 
  • goed is opgesteld zodat de gebruiker zich niet tussen de lichtbron en de taak begeeft (want dan is er kans op slagschaduw)
  • geen hinder veroorzaakt door reflectie van een witte en/of glanzende oppervlakte (wit/glanzend papier, een rvs aanrecht, een grote witte onder- of achtergrond)

* Zo kun je de verlichtingssterkte en het gebied dat verlicht moet worden eenvoudig regelen.

Sfeerverlichting

De primaire taak van sfeerverlichting is het creëren van een bepaalde sfeer in een ruimte. Daarnaast kan het als oriëntatie dienen. De verlichtingssterkte ligt vaak echter veel lager dan het gewenste verlichtingsniveau.

Belangrijk om op te letten bij sfeerverlichting: 

Slimme verlichting

Met de techniek van slimme lampen kun je de lichtweergave in je huis nog verder optimaliseren. Je kunt het licht van de lampen bijvoorbeeld aanpassen aan de tijd van de dag. Er bestaat ook een techniek waarmee je je lampen bedient met je stem.

Voor slimme verlichting heb je een smart home systeem nodig. Er zijn op de consumentenmarkt verschillende soorten smart home systemen te koop. Voor het installeren en instellen is enige technische kennis nodig.

Tips

  • In het artikel over energie besparen kun je meer lezen over kosten en wattage.
  • Meer informatie over licht in het algemeen is te vinden in ons artikel 'Achtergronden over Licht'.
  • Meer weten over woninginrichting bij slechtziendheid? Lees dan ook dit artikel.
  • Luister naar onderstaande aflevering van 'Een en al oogpodcast' over verlichting. De aflevering duurt ruim een half uur. 

Geef je mening!