Omgaan met verlies van zicht
Wanneer iemand zijn zicht (gedeeltelijk) verliest, heeft dit nogal wat gevolgen. Op praktisch gebied, maar ook op sociaal-emotioneel vlak. Het verlies van zicht kan gepaard gaan met somberheid, verdriet, onzekerheid en angst. De verschillende emoties die kunnen opkomen, worden in dit artikel uiteengezet.
Somberheid
Een (progressieve) oogaandoening kun je ervaren als een schokkende gebeurtenis. Angst, verdriet, verlies van zelfvertrouwen en van toekomstperspectief zijn normale reacties.
Een op de drie volwassenen van vijftig jaar of ouder met een visuele beperking ervaart somberheid of angst. Dit merk je niet alleen psychisch, maar ook lichamelijk door bijvoorbeeld vermoeidheid, hoofdpijn, lusteloosheid, slecht slapen en een veranderde eetlust.
Verlies en rouw
Wanneer iemand steeds slechter gaat zien, kan het dat diegene afscheid moet nemen van dingen die belangrijk in het leven zijn, zoals autorijden, (vrijwilligers)werk en hobby’s. Het steeds opnieuw geconfronteerd worden met verliezen, noemen we levend verlies. Dit kan zorgen voor chronische rouw. Er bestaat geen normale manier van verwerken. Omgaan met verlies doet iedereen op zijn eigen manier.
Hoop
Hoop wordt versterkt door het leren van nieuwe vaardigheden die zelfstandigheid, eigen regie en keuzevrijheid vergroten. Wat kan nog wel, wat gaat al goed? Wat is echt belangrijk en waar heb je invloed op? Er zijn ook hulpmiddelen en expertisecentra (Bartiméus, Koninklijke Visio of Robert Coppes Stichting) die helpen om minder zicht te compenseren.
Meer informatie over omgaan met verlies van zicht is ook te vinden in de gratis te downloaden publicatie Nog niet uitgekeken, inspiratie voor mensen die ouder worden met minder zicht.